De KAB (Katholieke Arbeiders Beweging) afdeling Weert houdt op 8 mei 1954 haar jaarvergadering.
De voorzitter van de Centrale Raad van deze afdeling is Jean Verheggen. Hij heet de aanwezigen in het St.-Jozefsgebouw aan de Wilhelminasingel welkom. Verheggen deelt mee dat de KAB afdeling Weert bijna 2500 leden telt, een feit om trots op te zijn.
Aan de orde komen vervolgens de gebruikelijke zaken, zoals het verslag van de secretaris en de financiële verantwoording door de penningmeester.
De verschillende ‘organen’ van de afdeling melden trots hun succesvolle activiteiten. De KAB afdeling Weert is sinds de afgelopen verkiezingen met maar liefst zeven leden in de gemeenteraad vertegenwoordigd.
Maar er is ook reden tot ongerustheid; zo baart de ontkerkelijking grote zorgen. Volgens geestelijk adviseur Theunissen is van de arbeiders meer dan 50% niet Katholiek. Om die reden heeft de Centrale Raad de volgende stelling geponeerd: “Waaraan danken de arbeiders van vandaag hun waardige positie in de huidige economie?” Het antwoord staat er ook al: “Het antwoord moet zijn: aan hun organisaties.“
De avond is dan ook bedoeld om met de leden te discussiëren over de prangende vraag: “Zijn de arbeiders – en met name de katholieke arbeiders – reeds vergenoegd gevorderd?”
Op deze mystieke vraag geeft het verslag van de avond in het Land van Weert echter geen antwoord.