Het college van burgemeester en wethouders roept handelaren op om hun gewichten te laten ijken van 11 juli tot en met 13 juli 1872.
Na de invoering van het metrieke stelsel in de Franse tijd zijn de oude lengtematen, zoals de el, en gewichtseenheden, bijvoorbeeld het mud, vervangen door centimeters, meters, grammen en kilo’s.
Het ijken vindt plaats in het stadhuis aan de Markt.
Er is een aantal voorwaarden aan verbonden alvorens tot het ijken kan worden overgegaan. Een daarvan is dat de maten en gewichten zowel binnen als buiten volkomen droog en schoon worden aangeboden.
IJzeren gewichten worden alleen geijkt als die een gewicht hebben van 1, 2, 5, 10, 20, 25 en 50 kilogram. Bovendien moeten deze gewichten een ronde vorm hebben.
Droogmaten voor het bepalen van het gewicht in een inhoudsmaat voor onder meer granen, zaden, bonen en erwten moeten vergezeld worden van een strijker. Met deze strijker wordt de inhoudsmaat afgestreken.
Indien een ijkmerk op de maten en gewichten ontbreekt, is de handelaar in overtreding en kan er een boete worden opgelegd.
In de tentoonstelling ‘Weert Jubileert’ zijn bij het jubileum van ‘550 jaar Timmermansgilde‘ een oude meetstok en een inhoudsvat geëxposeerd.