Notaris Welters houdt op 13 juli 1923 de eerste van de twee openbare verkopen van het kasteel aan de Biest. De tweede verkoopdag is een week later op 20 juli.
De notaris omschrijft het kasteel als volgt:
‘een heerenhuis, toorenwoning, garage, stalling, grooten door muuren afgescheiden tuin, en een grooten boomgaard met inrijpoort.’
In het herenhuis zijn op de benedenverdieping een grote zaal, vier kamers en een keuken. De bovenverdieping bestaat uit zes kamers, een grote zolder en twee dienstbodenkamers. Verder is het kasteel onderkelderd. Als bijzonderheid wordt vermeld dat het kasteel voorzien is van elektrisch licht.
Een deel van de boomgaard, ongeveer vijftig are, gaat apart in de verkoop omdat dit stuk grond zeer geschikt is als bouwterrein.
Het van oorsprong vijftiende-eeuwse kasteel, de residentie van de graven van Horne, wordt in 1702 tijdens oorlogshandeling zwaar getroffen. Burgemeester Louis Beerenbroeck koopt in 1841 de ruïne van het kasteel van de prins van Chimay. Beerenbroeck laat op de fundamenten van het kasteel het herenhuis bouwen. De openbare verkoop vloeit voort uit het faillissement van de toenmalige eigenaar Wolterbeek. Na twee dagen van bieden is er een nieuwe eigenaar. Voor het ‘luttele’ bedrag van 23.500 gulden komt het kasteel in handen van de heer M.L. Scheijmans. In september van dat jaar is er ook nog een openbare veiling van de inboedel van het kasteel.