Vanaf het minderbroedersklooster aan de Biest trekt op 15 juli 1917 een processie over de Oelemarkt en door de Hoogstraat naar de St.-Martinuskerk.
Een van de meest ingrijpende gebeurtenissen tijdens de Nederlandse Opstand (1568-1648) is de moord op negentien geestelijken, die bekend zijn geworden als de Martelaren van Gorcum. In 1572 worden ze opgepakt door de Watergeuzen, naar Den Briel vervoerd, gemarteld en zeer wreed vermoord. De lotgevallen van de Martelaren van Gorcum zijn een internationaal fenomeen en hun moord wordt wereldwijd nog altijd herdacht.
In Weert is hiervoor altijd extra aandacht. Immers twee geestelijken van de franciscaner orde, Antonius en Hiëronymus, komen oorspronkelijk uit Weert vandaan.
Hiëronymus wordt in 1522 geboren in Weert, volgens de overlevering in een huis in de Langstraat. Deze Weerter minderbroeder is een van de oudst bekende Nederlanders met een tatoeage. Voordat hij wordt opgehangen snijden de Watergeuzen het Jeruzalemkruis op wrede wijze uit zijn vlees.
Antonius is omstreeks 1522 geboren in het Weerter buurtschap Kampershoek. Omdat dit buurtschap tegen de grens met Nederweert aan ligt en de exacte locatie van zijn geboortehuis niet bekend is, wordt er soms ook gesproken over Antonius van Nederweert.
In 1867 worden de Martelaren van Gorkum heilig verklaard. In 1917 is het gouden jubileum van deze heiligverklaring.