Met trots meldt het Land van Weert op 27 juli 1945 de terugkomst uit gevangenschap van opperwachtmeester Karolus Wering.
Wering is op 20 juni 1944 op het politiebureau verantwoordelijk voor het bewaken van kleermaker Pierre Dorssers. In diens woning is voor de bezetters bezwarend materiaal gevonden en hij is in een politiecel onder het stadhuis aan de Markt vastgezet. Dorssers neemt diezelfde dag nog de benen.
Samen met zijn collega’s, de agenten Dusink en Kroesen, wordt Wering door SS Hauptmanscharfűrher Nitsch aansprakelijk gesteld voor de ontsnapping van Dorssers.
Karolus Wering en zijn collega’s worden geïnterneerd. Wering gaat eerst naar Vught, dan naar de Duitse concentratiekampen in Sachsenhausen en de nevenlagers Heynkel en Klinker en vervolgens naar Oraniënburg.
Zijn gezondheid gaat achteruit en hij wordt overgebracht naar het ziekenhuis van het concentratiekamp Sachsenhausen. Daar wordt Karolus Wering in april 1945 door de Russen bevrijd.
Op 21 juli 1945 keert Wering terug naar huis. Het lot van de agenten Dusink en Kroesen is dan nog onbekend. De krant hoopt dat Karolus Wering na enkele weken van rust en aansterken weer in zijn functie als agent van Weert terugkeert.