Het vijfde eeuwfeest van het verblijf van de minderbroeders Franciscanen in ‘De Aldenborgh’ aan de Biest in Weert op 1 november 1961 is aanleiding voor een aantal activiteiten. De broeders hebben vijfhonderd jaar eerder van graaf Jacob de Aldenborgh gekregen om er, op verzoek van zijn inmiddels overleden vrouw, Johanna van Meurs, een klooster te stichten.
Om praktische redenen vinden die activiteiten van de viering van het vijfhonderdjarig bestaan een paar dagen later plaats. Een feestcomité onder leiding van mr. Stan Smeets is belast met deze herdenking.
De stadsbeiaardier J. Claessens bespeelt op 4 november ’s middags het carillon in de Martinustoren. Aansluitend vertrekt een historische stoet vanaf de Markt naar het ‘kerkplein’ van het minderbroederklooster. De stoet bestaat uit de schout, met een klein gevolg onder aanvoering van het ‘Trommel- en Fluitcorps St.-Oda’. Bij de ‘Nijenborgh’, nu een houthandel, aan de Biest wordt graaf Jacob, gespeeld door de stadsjournalist Jo van der Velden, afgehaald.
Het gezelschap vervolgt dan te voet en te paard de weg naar het klooster.
Door de voorzitter van het feestcomité wordt daar een geschenk van de bevolking aan ‘graaf Jacob’ en zijn gevolg overhandigd. Rond 19.00 uur brengt Harmonie St.-Antonius nog een serenade aan de jubilerende kloostergemeenschap.
De festiviteiten gaan 5 november verder met onder meer een ‘solemnele (plechtige) hoogmis’, een herdenkingsvergadering en als afsluiting een serenade, ditmaal verzorgd door de Kerkelijke Harmonie St.-Jozef.
In het Gemeentemuseum Jacob van Horne aan de Markt is in de vaste collectie een overzicht van het leven en werken van de Franciscanen in Nederland en Weert te bezichtigen.