Door de Franse overheersers wordt op 12 februari 1797 het minderbroedersklooster aan de Biest in Weert geplunderd. Dat blijkt uit de kroniek van Lambert Goofers, die tegenover het klooster woont.
Volgens Goofers zijn naast de hele bibliotheek ook schilderijen, zilveren kelken, miskleden en misboeken op vijf dubbele karren naar Maastricht gebracht. Hij vermeldt verder dat “2 klocken; d’een was uyt het toorken en d’ander was het refterklocksken” meegenomen zijn.
Voordat de Fransen kwamen, hebben omwonenden nog veel goederen in veiligheid kunnen brengen.
Als gevolg van de overname verspreiden de minderbroeders zich over Weert en worden zij gedwongen burgerkleding te dragen. Via een openbare veiling op 13 juli verkoopt notaris Lefebre in Maastricht het klooster voor 5.000 franks aan de Franse banketbakker Guillaume die het voor zeshonded kronen doorverkoopt aan de Weertenaren Adriaan Huijsmans, Pieter Verstappen en Martin Wagemans.
Het is opmerkelijk dat drie bewoners van de Biest en Laar, te weten Martien Wagemans, Peter Verstappen en Adriaan Huysmans, het klooster voor zeshonderd kronen kopen. Afgesproken wordt dat, zodra de godsdienstvrijheid is teruggekeerd, de minderbroeders het klooster weer terugkrijgen.