Enkele honderden jongeren, vooral scholieren van het Bisschoppelijk College, nemen onder leiding van Harry Barents op 23 mei 1970 rond 14.15 uur bezit van het spoor. Zij dwingen de trein richting Eindhoven tot stoppen.
Reden voor deze actie is dat Weert niet meer als tussenstop in de nieuwe sneltreindienstregeling is opgenomen. De actievoerders pikken dat niet. Met de bezetting van het spoor hopen zij dat de Nederlandse Spoorwegen Weert alsnog opneemt in de dienstregeling voor intercity’s, al is het maar vier keer per dag. De politie is aanwezig om bij verstoring van de openbare orde op te treden. Zover komt het niet, want de actie verloopt zeer voorspoedig.
Na het overhandigen aan de hoofdconducteur van een protestbrief voor de directie van de NS, kan de trein met negen minuten oponthoud de reis vervolgen. De rayonopzichter is blij dat de actie zonder schade aan het rollend materieel is verlopen.
Ook politiek Weert bemoeit zich met de zaak en D’66 Weert stelt daarom aan de NS een aantal vragen. Het vraaggesprek wordt gepubliceerd in het Kanton Weert van 26 juni daaropvolgend. Daaruit blijkt dat de NS van mening is dat het aantal reizigers dat verder moet dan Eindhoven te klein is om een tussenstop in Weert te verantwoorden. De gemeente heeft hierover op 2 februari 1970 al bericht ontvangen. Op de vraag of een verzoek van de gemeente om de trein toch in Weert te laten stoppen enig nut zal hebben, antwoordt de medewerker van de NS met een resoluut: ‘Nee!’.