In de aula van het Bisschoppelijk College aan de Molenstraat vindt op 8 november 1970 een informatiebijeenkomst plaats. Daar is ook een maquette te zien van de nieuwe stadskern.
Het winkelaanbod moet meer worden afgestemd op de moderne burger, is de filosofie van onder meer het gemeentebestuur eind jaren zestig van de vorige eeuw. Daarnaast is een nieuw en hedendaags bestuurscentrum noodzakelijk.
Eind 1969 is een eerste bestemmingsplanwijziging unaniem door de gemeenteraad aangenomen. Dat bestemmingsplan behelst het westelijk, noordelijk en middengedeelte van de stad binnen de singels. Niet opgenomen zijn het zuidelijk en oostelijk gedeelte.
Vooral door de middenstandsorganisaties wordt aangedrongen op sloop en vervangende nieuwbouw in de stadskern. Deze moet klaar zijn om de naar verwachting 80.000 inwoners nog voor het einde van de eeuw een aantrekkelijk winkelaanbod te bieden. In die periode wordt namelijk nog uitgegaan van Weert als groeikern met 40.000 bewoners aan de zuidzijde van de Zuid- Willemsvaart. Een zelfde aantal bewoners zou ten noorden van het kanaal gehuisvest moeten worden.
In het nieuwe bestuurscentrum moeten alle loketfuncties op de begane grond worden gehuisvest. Volgens het stedebouwkundig bureau dat door de gemeente is ingeschakeld, krijgt de burger zo het gevoel dat hij of zij tussen het winkelen door snel en doeltreffend zaken met de gemeentelijke overheid kan afhandelen.