Het is maandag 11 februari 1990 als de Lambieck Knoup voor de 11de keer de Gouden, Zilveren en Bronzen Lambieck uitreikt.
Deze prijs wordt toegekend aan een personen of organisaties die in het afgelopen jaar de meest stomme streken hebben uitgehaald. Ieder jaar vindt de uitreiking plaats tijdens het vastelaovundjseizoen.
Het idee is afkomstig van René Verheggen, toenmalig raadslid en later wethouder. Hij stelt in 1979 voor om een prijs voor de pers in het leven te roepen. De redactie van Op de Keper, met onder meer Vincent van den Berg en Jacques de Groot, adopteert deze suggestie. Die vindt echter dat het een prijs van de pers moet zijn.
Het Weerter Mannenkoor valt de twijfelachtige eer te beurt als eerste de Gouwe Lambieck in ontvangst te mogen nemen. Als reden voor de prijs wordt gegeven: het koor laat een deel van de oplage van de Rogstaekersgezet herdrukken, omdat in de oorspronkelijke editie een vervelende mop over het Mannenkoor zou staan.
In 1990 gaat de Gouden Lambieck naar wethouder Alouis Heijmans. Hij vergeet de opdracht te verstrekken voor een beeldje van Antje van de Statie, maar laat wel de uitnodiging voor de onthulling versturen.
De Zilveren Lambieck gaat naar Lei Stokbroeks van V.V. De Rogstaekers en de Bronzen Lambieck mag Straalbedrijf Cuypers in ontvangst nemen. Andere winnaars in de eerste elf jaar van de Gouden Lambieck zijn onder meer mr. Stan Smeets; hij dacht de Duitse douane te kunnen foppen met een fotokopie van zijn paspoort. Brandweercommandant Hans Beesems ontvangt de prijs omdat hij zich in de kofferbak van zijn auto opsluit om te controleren of het lampje wel uitgaat als de klep in het slot valt.