Het eerste teken dat Weert klaar is voor vastelaovendj 1956 komt van de Boore Hermeni-j. Zij vieren het 11-jarig bestaan met een receptie ten huize van Kerneel Kampers, de voorman van deze muzikale aanjagers van puur carnavalsplezier. En niet alleen in Weert. In veel plaatsen door heel Nederland kent men deze blauwkielen met pet. Geen mirakel dus, dat het enorm druk is daar in de Beekstraat. ‘Heel Weert’ komt opdagen. De voorzitter van de Hockeyvereniging Weert verheft Kerneel in de Orde van de Kauver en namens v.v. De Rogstaekers biedt Vorst Zjang alle Boore een prachtig wandbord aan. De Weerter musicus Pierre Dentener komt tijdens de receptie op de proppen met een door hemzelf gecomponeerde feestmars. De Apollozaal is omgedoopt en omgetoverd als Circus Leono om de Bonte Avonden weer eens in een andere vorm aan de Rogstaekers te presenteren. Circus Leono slaat op Leike (Leo) de Borgie die wordt gehuldigd voor zijn enorme bijdrage aan de opmars en bloei van de Bonte Avond. Driek van den Broek -terug van even weggeweest – is als vanouds samen met Leike en Betsy Haans weer te zien in een aantal doldwaze sketches, maar ook solo met weergaloze Wieërter knawwel. Leike krijgt de zaal aan het huilen van het lachen als berentemmer en Miss Leiko op het slappe koord. Betsy Haans maakt met haar creaties furore als dompteuse en circusdirecteur. Els Stultiens oogst applaus met haar balletnummers en (oud-Prins) Louis maakt zijn debuut als clown. Samen met Lei en Driek treedt hij ook op als Leloco, een doldwaas acrobatennummer. Natuurlijk is er de Boore Hermeni-j en de kunstfluiter Frans Peperkamp en… echt te veel om op te noemen. Nadat Prins Rolf I aan het begin van de zaterdagvoorstelling is ontdaan van de uiterlijke tekenen van zijn waardigheid en opgenomen is in de Rogstaekersclub, schrijdt de Raad van Elf door de zaal met een gemaskerd personage. Op dat moment is dit nog Cid Coppen, maar even later – met mantel en verenmuts – is het Prins Cid I. Hij brengt als devies mee: Wieërt geeftj d’n toeën aan, een hint naar het uithangbord van het Weerter carnaval, de optocht, die naar verwachting op zou gaan voor ‘nog beter’. De nieuwe Prins sticht De Orde van ut Fordje. De Bromfiets is het negende (?) vastenavondliedje van Harrie van den Broek. Op zondagmiddag is er een aangepaste reprise – een matinee – van al die kolder, een wichtermiddig dus. Tijdens de boerenbruiloft in zaal Apollo mag Prins Cid I het pseudo-boerenbruidspaar Cock van Nijnatten en Jos Grein in de nep-echt verbinden. De installatie van de Prins met de overhandiging van de stadssleutel door Opper-Opper-Rogstaeker Van Grunsven gebeurt in bittere kou, maar wel met hartverwarmende muziek van de Stedelijke Harmonie St. Antonius. De gebruikelijke toespraken en het voorlezen van de proclamatie worden gedaan door Hub. Caris, een van de Adjudanten. Zijn collega’s zijn trouwens Bert van Lierop, Jo Bergmans en Harrie Linnartz. Dan vertrekt het gezelschap met de Boore Hermeni-j voorop naar het Paleis van de Rog om te recipiëren. Er zijn veel decoraties. Onder anderen Rolf I, inmiddels oud-Prins, de heer Dosker, directeur van de Maas- en Roerbode (die Rogstaekers beginnen al aardig te snappen hoe je p.r. moet bedrijven) en Herman Linskens, hoofdredacteur van carnavalskrant De Rogstaeker. Er zijn goede voorbereidingen getroffen in de bekende optochtvergaderingen. Voorafgegaan door een uitgebreide reclamecampagne trekt op zondagmiddag de met spanning tegemoet geziene optocht door de straten. Er staan naar schatting veertigduizend toeschouwers in een schamel winterzonnetje. De NS heeft de dienstregeling aangepast en de politie dirigeert soepel ruim tweeduizend auto’s naar parkeerplaatsen in de buitenwijken. Voorafgegaan door de ruiterclub van Ell trekken zo’n veertig wagens, groepen en eenlingen in een vrolijke, bonte stoet langs de gebruikelijke route door het Rogstaekersrijk. Om een indruk te geven van de grote variatie volgt hier een verkort overzicht van de behaalde prijzen:

Grote wagens: eerste prijs: Buurtschap St. Paulusstraat met de Raad van Elf in schrikkeljaar. Verdere prijzen: Buurtschap Oelemarkt met Vastelaovendj-gek; buurtscchap Maaspoort met carnavalvariété; Buurtschap Langstraat met Sneeuwwitje en Buurtschap Hushoven met de Speelduivels.

Prijswinnaars bij de kleine wagens: hockeyclub H.V.W. met De Grootste Gek; Herman Linskens met zijn liggende clown; groep Van Asten met De Kuiters.

Bij de grote groepen: groep Petit, Kloosterstraat met Atoomfiets; kaartclub Van den Broek met blaaskapel en Buurtschap Hof-akkerstraat met carnavalsgroep.

Kleine groepen: Mej. Stultiens met Eskimo’s; groep Frencken met de rollende zes en groep Clerkx met de heksen.

Eenlingen: Tillemans met Gemeentereinigingsdienst; Vorage met Tante Adèle met de schouwburg.

Op maandag is er een glorieuze kinderoptocht. Hierin is ook de Jeugdraad van Elf present met Jeugdprins Ton I (Mathijsen). Er is lang gedubd over een collectief afscheid van de vastelaovendj op dinsdagavond. Prins Cid heeft de primeur om een reusachtige rog – ook al geshowd in de optocht – onder luid gejuich en met ‘treurmuziek’ van de Boore Hermeni-j – in de fik te steken. Snel wijzigen de ‘boeren’ van repertoire en zingend en hossend neemt Weert afscheid van carnaval 1956.

Prins
Cid I Coppen

Adjudanten
Bert van Lierop
Jo Bergmans
Hub Caris
Harrie Linnartz

Devies
Wieert geuftj d’n toeën aan

In de orde van
Ut Fordje

Jeugdprins
Ton I Mathijsen

Boerenbruidspaar
Cock van Nijnatten
Jos Grein

1e prijs optocht
Buurtschap St. Paulusstraat

Liedje: De bromfiets
Oees Mieke hieet de kuure
Wiltj nergus mieer van huure
As van unne Bromfiets, dao droumtj ’t van
Es op det dingk gekroeepe
En zetj de gaaskraan oeepe
Tot verdreet van zieene Sjang.

Refrein:
Oees Mieke hieet unne Bronmer
Unne motor op zunne fiets
Oees Mieke hieet unne vri-jer
Met unne doeed gewoeene fiets
En as ze nôw us toeere gaon
Traptj gae zich boete aom
En waeje waate dan nog deenktj
Det ’t dingk zoeë verdommes steenktj.