1944 – Ontsporing locomotief

Foto’s genomen door een Weerter fotograaf, vermoedelijk zijn de foto’s gemaakt na een sabotageactie van het verzet in de Weerterbergen.

© 2020 –  Artis Mediagroep | (negatieven) collectie Bart Maes

Uit het boek ‘Het verborgen Front, geschiedenis van de georganiseerde illegaliteit in de provincie Limburg tijdens de Tweede Wereldoorlog Deel II’ door Dr. A.P.M. Cammaert een reconstructie hoe het zover had kunnen komen op die rampdag, 5 september 1944 in Budel-Dorplein. 

In samenwerking met de Belgische collega’s verlegde de groep in Budel het accent in de tweede helft van de zomer naar sabotage. Zo werd in de nacht van 25 op 26 augustus 1944 in opdracht van A.F. Sols, de opvolger van M. Royers als sectoroverste van het Belgische Geheim Leger, een sluis in de Zuid-Willemsvaart ter hoogte van Weert opgeblazen.

Aan Nederlandse zijde had zich inmiddels een afzonderlijke tak van deze Belgische organisatie gevormd: de Hollandse Nationale Brigade (H.N.B.). Na de oproep van Radio Oranje op 4 september om over te gaan tot treinsabotage liet de afdeling Budel-Dorplein van de H.N.B. het oog vallen op de goederenspoorlijn tussen Hamont en Weert. Het was namelijk uitgelekt, dat een militair transport langs dit traject zou plaatsvinden. Verscheidene H.N.B.-ers, onder wie J. Zandvliet, K. Kappers, N.J. Schallenberg en A.E. van der Putten, schroefden dezelfde avond nog de rails los. De gevolgen waren desastreus. De volgende ochtend omstreeks 11 uur ontspoorde niet de verwachte trein, maar een trein met door S.S.-ers bewaakte krijgsgevangenen en gewonde militairen. Het baanvak raakte volkomen geblokkeerd. Er vielen tientallen slachtoffers en vele gewonden.

In Budel-Dorplein zelf raakten kort na de treinontsporing verscheidene gewapende H.N.B.-ers in gevecht met vluchtende N.S.B.-ers, van wie er enkele werden gevangen genomen. Een van de N.S.B.-ers ontsnapte en vertelde de woedende S.S.-ers bij het treinwrak dat er op hem en andere N.S.B.-ers was geschoten door gewapende burgers. Het zouden dezelfde zijn als degenen die aansprakelijk waren voor de ontsporing van de trein. Op grond van deze mededeling omsingelden de S.S.-ers het dorp. De H.N.B.-ers, J. Zandvliet, C. Kappers, J.Th. Stevens, A.E. van der Putten en de broers L.L. en M.H. Looymans vluchtten naar een bij het dorp gelegen ven. Het hulpgeroep van de N.S.B.-ers lokte de S.S.-ers naar het nabij gelegen Ringselven. Daar werden de zes H.N.B.-leden op aanwijzen van de NSB op beestachtige wijze vermoord.